Compulsieve gamers hebben andere hersens
Een onderzoek bij bijna 200 puberende jongens heeft aangetoond dat de hersens van compulsieve (dwangmatige) gamers anders in elkaar steken. Uit het onderzoek blijkt dat ze hypergeconnecteerde neurale netwerken hebben. Dat heeft zowel voordelen als nadelen. Het zou hen kunnen helpen met het sneller verwerken van informatie, maar langs de andere kant kunnen ze ook sneller afgeleid geraken en hebben ze minder controle over hun impulsen. Eén van de onderzoekers stelt wel dat de meeste verschillen voordelig zijn, maar dat ze allemaal verbonden zijn met één of ander nadelig effect.
Zo stelt het onderzoek dat compulsieve gamers betere coördinatie hebben, zowel op vlak van zicht als op vlak van gehoor. Daardoor zullen ze sneller kunnen reageren op nieuwe impulsen. "De veranderingen zouden iemand als het ware kunnen helpen meer efficiënt te denken", zegt één van de onderzoekers.
Langs de andere kant toonden de scans een verhoogde verbinding tussen delen van het brein die worden gelinkt aan schizofrenie, autisme en het syndroom van Down. De verbinding zou er ook voor kunnen zorgen dat ze sneller afgeleid geraken.
Voor het onderzoek werden de scans van 109 jongens tussen 10 en 19 jaar die in behandeling waren voor Internet gaming disorder vergeleken met 80 scans van jongeren zonder problemen.