Ons moet je niet meer overtuigen over de waarde van Microsofts Game Pass, al merken we wel op dat kleinere releases die vanaf dag één op de service verschijnen, vaak onterecht onder de radar blijven. Als je debuutproject ook nog eens in dezelfde week uitkomt als Cyberpunk 2077, dan is de kans reëel dat je kleinschaligere indiegame schromelijk over het hoofd wordt gezien. Dat overkwam het in Madrid gevestigde Out of the Blue met Call of the Sea, die vorige maand uitkwam voor pc en de Xbox-consoles. Deze recensie is misschien wat aan de late kant, vooral omdat COVID-19 ondergetekende nogal stevig bij z’n lurven greep, maar Call of the Sea is een verrassend intrigerend en zeer genietbaar puzzelavontuur die eigenlijk alle aandacht verdient.
Call of the Sea is een first-person walking simulator/puzzelavontuur dat zich afspeelt op een mysterieus eiland ergens in de Stille Zuidzee in 1934. Je speelt als Norah Everhart, een vrouw die lijdt aan een obscure ziekte die zowel vreemde vlekken op haar huid als verontrustende visioenen veroorzaakt. Hoewel haar gezondheid er om die reden flink op achteruit gaat, heeft ze toch de oceaan overgestoken om haar vermiste echtgenoot Harry op te sporen.