HANDS-ON | 5 redenen waarom Mario Kart World de beste Mario Kart ooit kan worden

Tijdens de Nintendo Switch 2 Experience in Parijs konden we al kort kennismaken met Mario Kart World. Vorige week waren we te gast op het kantoor van Nintendo Benelux voor een allerlaatste hands-on preview met de Switch 2. Dat Mario Kart World dé system seller op launch moet worden voor Nintendo’s nieuwste console, was al langer duidelijk en na een uitgebreide speelsessie zijn ook wij helemaal overtuigd. Mario Kart World kan zomaar de beste Mario Kart ooit worden. Hier zijn vijf redenen waarom:

1. Mario Kart gaat open world
We starten de lijst met een schot voor open doel: de open wereld. Een trend in zowat elk gamegenre en nu dus ook in Mario Kart. Geen afgebakende circuits meer, maar één grote, samenhangende wereld waarin elk parcours naadloos overloopt in het volgende.

Plots is een klassiek potje Grand Prix niet meer zo klassiek. In plaats van drie rondjes op hetzelfde circuit, race je na de eerste race letterlijk van het ene naar het andere parcours, dat gewoon deel uitmaakt van de competitie en de puntentelling. Daarnaast voelen de circuits zelf een stuk minder begrensd, wat ongetwijfeld zorgt voor heel wat exploratieplezier bij het zoeken naar binnenwegen en de snelste lijn richting finish.

2. Battle royale op wielen
Naast de klassieke Grand Prix is er nu ook de gloednieuwe modus Knockout Tour: een battle royale-achtige modus waarin je het opneemt tegen maar liefst 23 andere racers. Elke rit is een intense trip van punt A naar punt B op de wereldkaart, met onderweg verschillende checkpoints. Telkens vallen de laatste deelnemers af, tot enkel de laatste overeind blijft.

Tijdens onze speelsessie raceten we met zeven collega-journalisten, de overige plekken werden ingenomen door computergestuurde tegenstanders. De sfeer was meteen bloedfanatiek. Wie er vroegtijdig uitvloog, baalde zichtbaar, maar wie overleefde en als eerste over de finish kwam, voelde zich een held. Na het spelen van enkele potjes Knockout Tour voelt haast vreemd dat zo’n speltype nu pas in Mario Kart zit. 

3. Kartvrijheid zonder finishlijn
De open wereld komt pas echt tot zijn recht in de Free Roam-modus. Voor het eerst kun je vrij rondrijden in een kleurrijke, levendige wereld vol geheimen, details en knipoogjes naar eerdere Nintendo-games. We spotten een politie-Toad, kregen een zwaai terug van een Koopa Troopa toen we toeterden en ontdekten op elke hoek iets nieuws.

Door de wereld verspreid vind je ook blauwe P-schakelaars die mini-missies activeren, bijvoorbeeld door naar een reeks ringen te racen binnen een tijdslimiet. Daarnaast zijn er vraagtekenpanelen op moeilijk bereikbare plekken en prinsessenmunten om te verzamelen. Maar ook zonder die doelen nodigt de wereld uit tot verkennen. Alleen of met vrienden, rustig cruisen is hier op zichzelf al leuk genoeg.

4. Een letterlijke sprong voorwaarts
Tijdens onze eerste speelsessie in Parijs viel het ons nog niet op, maar Mario Kart World introduceert een subtiele, maar game-changing mechanic: de oplaadsprong. Door de driftknop ingedrukt te houden zonder te sturen (belangrijk: anders werkt het niet!)  laden personages een sprong op waarmee ze bij landing niet alleen een kleine boost krijgen, maar ook op railings en zelfs tegen muren kunnen rijden.

In het begin is dit zeker wat wennen, maar na enkele uurtjes spelen is duidelijk dat dit de manier van racen helemaal op z’n kop zet. Het opent heel wat nieuwe manieren om binnenwegen te nemen, snellere routes te vinden en bochten slimmer aan te pakken. Dit is een nieuwe manier van racen.

5. Ouderwets gezellig
Wat Mario Kart World vooral zo sterk maakt, is de balans. Er is vernieuwing, er is ambitie, maar bovenal is het nog altijd datzelfde ouderwetse plezier. Of je nu in je eentje speelt of samen met anderen in de zetel zit: Mario Kart World voelt meteen vertrouwd. En voor wie liever vasthoudt aan het klassieke format, biedt de Versus-modus nog altijd de mogelijkheid om gewoon ouderwets te racen: 1 circuit. 3 rondes. 1 winnaar.